“Als vrouwen mijn vacht zien, dan willen ze daar altijd eens aankomen omdat die zo zacht is.” zei de ijsbeer.
“Zou het niet kunnen zijn dat ze verliefd op je worden omdat je vacht zo wit is?”
“Dat zou ook kunnen, hij is witter dan wit en dat vinden vrouwen blijkbaar fascinerend, als ik de reclames tenminste kan geloven.”
Alle beren grinnikten en snoven diep tegelijk. Reclame had hun ras altijd goed kunnen gebruiken ook al zagen ze weinig of niets eigenlijk van de opbrengsten daarvan.
“Ik denk dat het eerder om de witte kleur gaat. Vrouwen zijn daar gek op.” zei de wasbeer die het naar eigen zeggen kon weten.
“Ik weet niet!” sputterde de bruine beer tegen. “Een stevig gevormde man met een bruin kleurtje, nogal wat vrouwen vinden dat… euh ok!” Hij zocht een ander woord, maar kon er niet op komen.
“Vrouwen vinden ons schattig en willen vanalles voor ons doen omdat ze ons zo hulpeloos vinden.” opperde de brilbeer.
“Dat heb je goed gezien, brilbeer!” zei de ijsbeer snerend. En hij voegde er nog aan toe: “Waar denk je trouwens dat het woord ontbering vandaan komt?”
Daar kon geen enkele beer op antwoorden maar het klonk wel goed.
“Ach, ik ken zoveel vrouwen die uiterst tevreden zijn en nog uitpakken bovendien met mijn vestimentaire look.” zei de kraagbeer pralend en smalend.
De brombeer zei niets, want hij wist dat heel veel van zijn soortgenoten een onderdak hadden gevonden bij de vrouwen.
Veel meer dan andere beren, om precies te zijn.