Het sprookje van de dag

Mag het efemeer zijn?

En de winnaar is...

De drie kandidaten stonden zichtbaar nerveus onder de spotlights. “Laatste en beslissende vraag in deze sprookjesquiz. Van wie is de volgende uitspraak?” dreunde de quizmaster, “Prinses, treed binnen!” De kandidaten keken naar de studiovloer alsof het antwoord daar geschreven stond. De quizmaster voegde er nog treiterend aan toe: “Let op, wie het juiste antwoord weet mag met de hoofdprijs vertrekken. Mag ik absolute concentratie alstublieft.” De quizklok tikte luid en ongenadig. Eén kandidaat stond op het punt om flauw te vallen, maar hij hield zich kranig. “Meeuuup!” deed nummer één tenslotte en hij rechtte zijn hoofd. “Ali Baba?” De zaal hield de adem in. De quizmaster keek op zijn papier maar vertoonde geen enkele emotie. “Bent u zeker van uw antwoord, kandidaat nummer één?” Die keek de zaal in alsof hij dacht: “Ik heb nu op de knop gedrukt, wie weet welke demonen ik heb losgelaten, het zij zo.” Hij zag er effectief meelijwekkend uit. De twee andere kandidaten keken een beetje wezenloos, de quiz was tenslotte al drie uur bezig en de psychologische druk liet sporen na. Nummer drie was zoëven gestopt met het wegvegen van het zweet op zijn voorhoofd dat zich nu vrijelijk tappelings een weg baande over zijn kaken, zijn kin en via zijn hals een voor het publiek onzichtbaar nat spoor achterliet op de rugzijde van zijn t-shirt. Het was bloedheet in de studio en zelfs de cameraman moest zich af en toe in zijn bil knijpen om niet weg te doezelen van de warmte. “Dus uw antwoord is ‘Ali Baba’.” Nummer één knikte, alsof hij bekende. De quizmaster verplaatste zich naar het midden van de studio en met een zichtbaar genoegen op zijn gelaat riep hij: “Dit was NIET goed! Willen de twee andere kandidaten nog een kans wagen?” Nummer twee deed zijn mond open en begaf het. Hij donderde geruisloos naar voor. Een paar mensen van de regie haalden hem snel uit beeld. De quizmaster herstelde zich direct: “Kandidaat nummer twee heeft aangegeven het niet te weten, kandidaat drie, dit is uw kans. Maar wel uw laatste.” voegde hij er cynisch aan toe. De aangesprokene deed een flauwe poging: “Aladdin?” op een toon die verried dat hij er zelf niet in geloofde. De quizmaster draaide zich om en riep in de richting van een gouden decorpoort: “Prinses, treed binnen!” De poort, gevormd door twee vleugels ging plechtstatig open en een wolk van een prinses stapte in de studio. Het publiek kon zijn ogen niet geloven. Het meisje was van een schoonheid die je zelden ziet. Ze was gewoon adembenemend. De quizmaster stapte resoluut op haar af. Hij haakte zijn arm in de hare. “Het juiste antwoord was: Ik! Want ik heb de prinses gevraagd om hier te komen. Nog een prettige avond, dames en heren, u was een fijn publiek.” En zonder verder omhaal draaide het koppel zich om en verdween.

Vorig sprookje
Particulier gebruik van de teksten van "Het sprookje van de dag" mag mits bronvermelding. Commercieel gebruik is niet toegelaten.