Het sprookje van de dag

Mag het efemeer zijn?

Indianenverhalen

“Ik weet het nu wel zeker!”
“Wat weet je zeker?”
“Dat onze buurman een indiaan is.”
“Nee…! Hoe kan je dat nu weten?”
“Je gaat bij zoiets natuurlijk niet voort op een eerste indruk, dus ben ik hem een beetje gaan observeren.”
“En wat heeft die observatieronde opgeleverd?”
“Vorige week, nee het zal de week daarvoor geweest zijn, stond hij in de tuin te turen naar iets.”
“Dat doen wel meer mensen.”
“Nee, maar hij hield zijn hand horizontaal boven zijn ogen, zoals indianen dat ook altijd doen.”
“En verder?”
“Toen hij een klein vuurtje aan het doven was, zag ik hem rondstampen zoals bij een wilde krijgsdans.”
“Hum…”
“En nog wat, hij rookt pijp, ook typisch.”
“Tipi’s, ja, dat gaat in de richting.”
“En vorige week, ja dat was vorige week, was hij in de achtertuin een kip aan het plukken en een paar van die veertjes waren in zijn haar terecht gekomen, en dat stond hem wel. En de manier waarop hij zijn tomahawk gebruikt om hout te klieven, ik kan er uren naar staan kijken. Zij armspieren bollen dan heel mannelijk op, en…”
“Je bent toch niet verliefd op hem zeker?”
“Hij laat me niet onverschillig, broertje, zeker niet en gisteren heb ik dan de finale test gedaan.”
“Ik luister, ben benieuwd zelfs.”
“Ik ben gaan aanbellen en toen hij kwam opendoen heb ik hem op de man af gevraagd of hij al een squaw had, en indien niet, dat ik daar wel voor kon zorgen.”
“En het antwoord?”
“Hij stotterde wat, ik begreep echt niet wat hij zei, ik ken ook niet alle indianendialecten, maar hij werd wel rood. En dat moest ik gezien hebben.”
“Ja, dat is het bewijs natuurlijk! En nu?”
“Morgen pak ik onze tent van de zolder en ik ga vragen of ik die bij hem mag opzetten, en dan zien we wel verder. Als ik je nodig heb, stuur ik wel een rooksignaal. En dan ga ik nu in de solden mocassins halen.”

Vorig sprookje
Particulier gebruik van de teksten van "Het sprookje van de dag" mag mits bronvermelding. Commercieel gebruik is niet toegelaten.