“Kijk, dit is de grens tussen realiteit en fictie.” zei onze sherpa-begeleider op een toon van “Daar moeten we het dan mee doen!” We hadden met onze groep al een lange tocht achter de rug door de realiteit, die voor sommigen soms keihard was. Iedereen snakte naar iets anders, als het maar geen realiteit was. En nu was het zover. De grens was verbazingwekkend breed, sommigen hadden geopperd dat het misschien maar een dunne lijn was, maar nee hoor. Waar wij waren gestopt stond een bord ‘Hier stopt de realiteit’ en in de verte meende ik in de trillende lucht een ander bord te zien, waar dan waarschijnlijk op geschreven stond: ‘Hier begint de fictie.”
“Zullen we dan maar de grens oversteken?” vroeg de sherpa alsof hij bedoelde “Mijn tijd is ook kostbaar.” We keken eens naar mekaar. Tja, het moest er maar eens van komen. En de groep zette zich in beweging. We waren nog maar juist het grensgebied ingetrokken toen achter mij zich een discussie ontspon. Ik draaide me om. Een man in onze groep, die altijd een heel duidelijke mening had over allerlei zaken richtte zich tot een onbeduidend mannetje die er tot hiertoe altijd had bijgelopen alsof hij mee moest met het gezelschap, maar dit niet van harte deed.
“Jij bent niet wie je laat merken. Jij bent iemand anders.” zei hij op bitse toon. “Oh ja!” antwoordde het mannetje, “En wie ben ik dan wel volgens jou? Mag ik er u op attent maken dat u mij ook tamelijk vreemd voorkomt?” De groep bleef staan. Dit was de eerste keer sedert het begin van onze tocht dat er zichtbare onenigheid was. Een paar groepsleden kwamen nieuwsgierig aangeslenterd om niets van het dispuut te missen. “Alstublieft mensen!” interrumpeerde de sherpa, “Kunnen we verder gaan. We hebben nog wat af te stappen.” Zichtbaar verveeld ging de groep verder. Het was toch een interessant gegeven dat er wat discussie op gang kwam. Maar ja, tegelijk, onze gids bepaalde de voortgang van de tocht.
Een eind verder ging de man met de duidelijke mening vooruitlopen op de groep, posteerde zich wijdbeens dwars voor ons en declameerde op een niet mis te verstane toon: “Vanaf nu ben ik jullie leider. En iedereen, maar dan ook iedereen gaat een volgeling zijn. Hier wordt gehoorzaamd zonder er verder over na te denken. Want mijn mening is de juiste.”
Onze sherpa ging naast de man staan. “Klopt!” zei hij rustig. “We zijn net gearriveerd in ‘fictie’. Bedankt voor uw aanwezigheid en nog een fijne dag verder.” En zonder om te kijken slofte hij terug, richting realiteit.