Het sprookje van de dag

Mag het efemeer zijn?

Debat

Gerben was verdwaald. Zoveel was duidelijk. Bij zijn terugtocht van het strand had hij beter de weg terug genomen zoals hij was vertrokken, maar het werd al wat later, en hij had zich in de schemer gewoon vergist. Plots kruiste een pad zijn pad. “Hé, wat doe je, waarom kruis jij mijn pad.” De pad stond stil en kwaakte verontwaardigd: “Ten eerste is dit jouw pad niet, en ten tweede heb ik deze pad niet gekruist.” “Het is wel DIT pad, en niet deze…” zei Gerben, die nogal taalgevoelig was. “Dan zou ik het zeker niet doen, als het over een ‘het’ ging.” beet de pad terug. Het gesprek viel even stil. “Jij bent verdwaald.” concludeerde de pad droog. “Ja, dat is wel zo, en daar kan jij niet veel aan veranderen, vrees ik.” gaf Gerben toe. “En als ik jou nu eens op het rechte pad zou brengen, wat denk je daar van?” stelde de pad voor. “Goed, in orde.” antwoordde Gerben die toch weinig keus had. En de pad hopte snel vooruit, zo snel dat Gerben moeite had om hem te volgen. “Wacht!” riep hij, “Ik kan je bijna niet bijhouden.” De pad stopte abrupt en draaide zich om. “Kan jij iets zinnigs zeggen over dit: Wie heeft de meeste hersens, een oester of een mossel?” Gerben keek hoogst verbaasd. Wat was dat nu voor een vraag? De pad zag dat Gerben niet direct een antwoord wist, en hipte dan maar voort. Gerben volgde gedwee. Opeens stond de pad stil aan een verharde weg. “Kijk, als je hier naar rechts gaat, en je volgt die baan tot aan het einde dan ben je terug thuis.” En zonder verder commentaar begon de pad aan de terugweg. “Hé!” riep Gerben hem nog na, “En hoe zit het nu met het antwoord op je vraag?” “Och laat maar,” kwaakte de pad zonder om te kijken, “Vergeet het, het was gewoon een padstelling.”

Vorig sprookje
Particulier gebruik van de teksten van "Het sprookje van de dag" mag mits bronvermelding. Commercieel gebruik is niet toegelaten.