Ze stapte wat aarzelend op het vliegtuig richting Sidney, want ze had eigenlijk een beetje vliegangst. De stewardess glimlachte en verwelkomde haar hoogst professioneel: “Welcome on board, miss!”
Ze zakte neer in haar stoel en begon zich vast te gespen. Dat gaf haar toch al een veilig gevoel. Toen het vliegtuig opsteeg keek ze nog eens naar de man naast zich.
“Zou hij het echt zijn?” dacht ze.
“Sorry, mag ik u iets vragen?”
“Ja, dat mag u.” antwoordde de man vriendelijk.
“Bent u niet die beroemde X?”
“Nee, nee, maar veel mensen verwarren mij daar mee. Ik ben blijkbaar een soort, hoe zegt men dat ook alweer, een soort look-alike. Maar vertel eens, wat ga jij doen in Sydney?”
En ze vertelde honderduit. Over haar plannen en gaandeweg ook over wie ze was en waar ze over droomde. De man bleek een kunstenaar in het vragen stellen die haar met een paar woorden of gewoon met een “Jaja!” verder stuwde in de conversatie.
Toen ze eindelijk landden had ze praktisch haar hele leven uitgelegd. Hij drong er op aan om haar e-mailadres te krijgen, “omdat het toch een mooie ontmoeting was”.
In de dagen die er op volgden was ze zo bezig met haar reisplannen dat de man op het vliegtuig wat op de achtergrond geraakte in haar denken.
Tot ze een mail kreeg. “Ik was het wél. En ik wil jou graag terugzien. Liefs en veel xxx. X”
En dat terug zien is ook gebeurd.
Ze zijn nog steeds samen trouwens. Vastgegespt voor het leven.