Het sprookje van de dag

Mag het efemeer zijn?

Adriaan

“Ik ben dinges tegengekomen…”
“Wie?”
“Allez dinges komaan, ik kom er niet op.”
“Maar wie bedoel je dan?”
“Die van het sprookje van de toverfluit.”
“Adriaan?”
“Ja, die!”
“En je hebt met hem gesproken.”
“Nee.”
“Hoezo nee?”
“Ik was te verlegen.’
“Maar wat heb je dan gezegd?”
“Niets. Ik zeg het toch! Ik heb alleen maar geglimlacht naar hem.”
“Maar je kwam hem tegen! Je hebt hem ontmoet!”
“Jaha! Ik ben er nog niet goed van.”
“En ga je er verder nog iets mee doen?”
“Hoe bedoel je?”
“Zoek je nog toenadering of ga je met hem corresponderen?”
“Hoe kan dat nu? Ik weet zijn adres niet eens.”
“Weet je wat jij moet doen? De volgende keer gewoon je mening zeggen.”
“Echt?”
“Ja. Dat is je uitdaging.”
“Dat gaat hij niet leuk vinden. Ik val niet op mannen. En dat wou ik hem eens goed zeggen.”
“Oh op die manier…”

Vorig sprookje
Particulier gebruik van de teksten van "Het sprookje van de dag" mag mits bronvermelding. Commercieel gebruik is niet toegelaten.