Het sprookje van de dag

Mag het efemeer zijn?

Mingus

Mingus de poes zat op het afdakje te genieten van de zon die prikkelde in zijn pels. Heerlijk! Die rust.
Twee tortelduiven kwamen afgefladderd en landden vlak naast Mingus.
Die keek niet op.
“Hoi, die Mingus!” koerden ze in koor.
“Mieuw.”
“Heb je het al gehoord, Mingus?”
“Wat had ik moeten gehoord hebben, duif één?”
“De boer stopt met de boerderij, hij is al zijn dieren aan het verkopen. Wat ga jij doen?”
Dat was nogal een directe vraag, maar duiven staan daar om bekend.
“Nog niet over nagedacht, jongens.”
“Maar Mingus, het zou wel eens kunnen dat jij op straat wordt gezet!”
De duiven gedroegen zich echt wel nerveus, alsof het over hun eigen lot ging. Ze tippelden rond over het afdak en hun kopje ging constant naar boven en beneden.
Ja, duiven doen dat vaak.
Mingus bleef liggen waar hij lag.
“Ik denk niet dat mijn positie in gevaar komt, ik ken de boer wel wat dat betreft.”
“Maar Mingus, alles gaat veranderen hoor! Jij ligt hier nu wel prinsheerlijk, maar binnenkort wordt je leven overhoop gegooid.”
Mingus strekte zijn voorpoten, geeuwde ellenlang en liep toen parmantig naar de rand van het afdakje.
Hij keek nog eens om.
“Mannekes, ik maak me echt geen zorgen. Met spijt in het hart moet ik jullie vertellen dat het beter is om een poes te zijn dan een simpele duif. Sorry daarvoor.”
En met een lenige sprong landde hij op de grond en liep regelrecht naar zijn gevulde eetbakje.
Terwijl hij zat te schrokken keek hij over het schoteltje met spiedende ogen naar het erf.
Geen muis te bekennen.
Zou de boer die al verkocht hebben dan?

Vorig sprookje
Particulier gebruik van de teksten van "Het sprookje van de dag" mag mits bronvermelding. Commercieel gebruik is niet toegelaten.