Het sprookje van de dag

Mag het efemeer zijn?

De romantiekschrijver

Elisa kwam boos binnen bij de romantiekschrijver.
“Ik heb een klacht, mijn waarde!”
De romantiekschrijver keek op van zijn lessenaar die volgestouwd stond met inktpotjes gevuld met inkt in alle kleuren en een verzameling kroontjespennen.
“Ik ben wel aan het schrijven, mevrouw.”
“Dat interesseert me niet, ik heb een klacht.”
“Mevrouw, ik ga het u nog eens zeggen, maar ik ben een sprookje aan het schrijven dat mogelijks de top van de literatuur zou kunnen halen en nu ben ik door u volledig uit mijn concentratie gehaald.”
“Nogmaals, en ik word nu wel héél erg boos, ik heb een klacht en ik zou graag hebben dat u me aanhoort.”
De romantiekschrijver legde zijn pen neer, zuchtte even en keek dan met een schuin gezicht naar Elisa.
“En wat is uw… klacht?”
“U herinnert het zich misschien niet, maar ik heb u onlangs gevraagd om een liefdesbrief in dichtvorm te schrijven voor mijn teerbeminde.”
“En hebt u een klacht over de inhoud?”
“Nee, mijnheer, daar heb ik niets over te klagen. Het gaat hem over de factuur achteraf.”
“Mevrouw, ik heb mijn tarieven! Die hangen trouwens uit op de venster van mijn zaak!”
“Dat kan goed zijn, maar toen ik de rekening per post kreeg, viel me wel iets op. U factureert gewoon per vers!”
“Dan… dan… moet er iets misgegaan zijn. Dat soort instelling hoort niet bij mijn beroep.”
“Ja, en bij nader inzien wil ik nog iets kwijt over de inhoud. Mijn teergeliefde vond mijn liefdesbrief toch erg ‘sec’sistisch.”
“Hij heeft het toch niet uitgemaakt?”
“Onze relatie staat op wankelen.”
“Dan hoeft u me niet te betalen.”
Zeer goed, dacht Elisa, want de reis met haar verloofde was al geboekt en dat kostte geld.
De reis wel.
Zeven nachten in hotel ‘De Naap’.

Vorig sprookje
Particulier gebruik van de teksten van "Het sprookje van de dag" mag mits bronvermelding. Commercieel gebruik is niet toegelaten.