“Wie is daar? De soepboer? Ik kom opendoen!” riep het oude vrouwtje vanuit de gang. Ze haakte haar deursleutel van het rekje en opende de deur. Daar stond een beer. “Dag mevrouw, ik ben de soepbeer. Wilt u vandaag iets van…” “En waar is de soepboer gebleven?” “Oh, leest u dan de krant niet?” “Nee jongen, ik krijg de krant wel van de buurman, maar daar verpak ik mijn aardappelschillen in.” “Juist! Wel, de circusdieren hebben bekomen dat ze iets hoger op de economische ladder mogen, u weet dat er tegenwoordig niet veel dieren meer mogen optreden in circussen. En daarom nemen we taken over van de mensen.” “En die mensen dan?” drong het vrouwtje aan. “Wel, die worden herschoold en die doen nu iets anders.” “Hum… en mag ik nog dieren aan de deur verwachten, want dit was toch een verrassing hoor.” “Dat geloof ik gerust, mevrouw, en mijn excuses als ik u heb laten schrikken.” “Op mijn leeftijd schrik ik niet zo gemakkelijk meer, mijn jongen, ik heb al drie oorlogen meegemaakt.” “Drie?” “Ja, wereldoorlog één, wereldoorlog twee, en de discussie met mijn buurman aan de andere kant, niet die van de krant, over de opvoeding van zijn jongste, dat was oorlog man! Maar goed, welke dieren mag ik…”
“Oh, als u binnenkort nog een nieuwe vloer gaat leggen kan het zijn dat dat gebeurt door Bert, de vloermuis, want ik ken Bert, en de ramen worden mogelijks gelapt door Yvonne, de zeemleeuw. En zo kan ik nog wel even doorgaan.” “Maar welke soep heb je bij?” “Een klein assortiment, u kan kiezen uit aspergeroomsoep, kippensoep, tomatensoep met of zonder balletjes, komkommersoep, slasoep, groentesoep, garnalensoep, groentenvelouté, courgettesoep, pompoensoep, Agnes Sorelsoep, Parmentiersoep, kreeftesoep, maissoep, gazpacho, witloofsoep, champignonsoep,…” “Stop! Geef maar een liter groentesoep.” “Zo, alstublieft mevrouw en alvast smakelijk.” En na het afrekenen stapte de beer terug naar zijn soepkar. Maar net voordat hij instapte riep hij nog: “Mevrouw, een kleine tip, een piepklein lepeltje honing in de soep, huuuum! Heerlijk.” Maar het vrouwtje hoorde het niet, beer. Want ze was een beetje verkouden.